Inrijbeperkende maatregelen op evenementen: praktische uitvoering

Inrijbeperkende maatregelen op evenementen: praktische uitvoering

Janno Brinkhuis, Event Safety Institute

Vorige maand hebben we in onze blog “inrijbeperkende maatregelen op evenementen” beschreven dat de afweging tot het inzetten van inrijbeperkende maatregelen op evenementen lastig is. De vervolgstap, het inschatten van de daadwerkelijke maatregelen, is niet minder lastig. Welk type inrijbeperkende maatregel nemen we? Hoe voeren we die zodanig uit dat het evenement daadwerkelijk goed beschermd wordt? Hoe beperken we de impact van de maatregelen op de verkeers- en publieksstromen en garanderen we de bereikbaarheid voor hulpdiensten in het gebied?

Om te beginnen is het van belang de inrijbeperkende maatregelen te zien als onderdeel van het totaalpakket aan maatregelen en niet enkel de mobiliteitsmaatregelen. De bedoelde effecten van verwijs- en doorstromingsmaatregelen, de op- en afbouw van een evenement, bereikbaarheid van hulpdiensten en de bereikbaarheid voor bewoners van de omgeving van het evenement ervaren idealiter geen nadelige invloed van de inrijbeperkende maatregelen. Ook zou het niet moeten kunnen dat ontvluchting uit een publieksgebied door andere oorzaken dan een inrijdend voertuig door deze inrijbeperkende maatregelen beperkt wordt. Hoe ziet zo’n totaalpakket er dan uit?

Totaalpakket

Wanneer de beslissing is gemaakt om inrijdbeperkende maatregelen te treffen, is het van belang te kijken naar het totaalpakket:

  • een grote invloed op de snelheid die gemaakt kan worden met voertuigen is bijvoorbeeld een snelheidsbeperkende maatregel voor het reguliere verkeer, waarbij een langzaam rijdende stroom het al onmogelijk maakt om snelheid te maken voor voertuigen;
  • een afsluiting van een route met een afzethek met C01 bord en verkeersregelaar(s); dit kan ook voorkomen dat kwaadwillende bestuurders deze locatie benutten;
  • een voertuig vertragende maatregel, bijvoorbeeld betonblokken of een met betonblokken opgestelde chicane, kan in theorie een voertuig dat geen snelheid maakt doorlaten terwijl voertuigen met een hoge snelheid hierdoor vertraagd worden;
  • een voertuig kerende maatregel, waarbij het voertuig (direct of binnen een acceptabele afstand) gestopt kan worden, om te voorkomen dat het publiek bereikt kan worden;
  • de inzet van een eenheid die de chauffeur van een voertuig kan uitschakelen.

Snelheid beperkende maatregelen en afsluitingen

Wanneer een publieksgebied vrijgemaakt wordt van verkeer, wordt dit meestal bewerkstelligd door een verlaging van de maximumsnelheid en een afsluiting met een afzethek en een verkeersregelaar. Deze maatregel is bedoeld om regulier verkeer te weren uit een publieksgebied en het mogelijk te maken dat belanghebbenden (omwonenden, hulpdiensten, OV, etc.) er waar nodig nog wel doorheen kunnen. Chauffeurs van voertuigen worden door verkeersregelaars aangesproken over het feit dat het gebied afgesloten is. Hierachter staan dan nog afzethekken met C01 aanduiding. Deze eerste groep maatregelen zal doorgaans een onbewuste poging om het afgesloten gebied in te rijden voorkomen. Juist vanwege de mogelijkheid om nog steeds voertuigen door te laten, zelfs wanneer de controle op toegang accuraat plaatsvindt, blijft er een risico bestaan. Zo kan een aanslagpleger de juiste accreditatie verkrijgen of zelfs een voertuig benutten dat al is geaccrediteerd.

Voertuig vertragend

Op het moment dat onverhoeds de bovengenoemde afsluiting niet afdoende functioneert om een kwaadwillende bestuurder te weren, wat op zich niet vreemd is daar verkeersregelaars niet getraind zijn om afwijkend gedrag te herkennen, is het nuttig om hierachter een voertuigvertragende maatregel te plaatsen. Betonblokken, welke vaak als voertuigkerende maatregel worden ingezet maar dit op zichzelf absoluut niet zijn, kunnen worden benut om een kwaadwillend voertuig te vertragen. Vanzelfsprekend zal een personenauto een grotere vertraging kennen door deze maatregel dan een volgeladen vrachtwagen. Betonblokken op zichzelf zullen door een behoorlijke vrachtwagen gemakkelijk verschoven kunnen worden, waarbij het inzetten van kleine betonblokken (zoals geplaatst op de Dam in Amsterdam) een risico op zich vormt; bij een impact met afdoende snelheid zullen deze blokken als projectielen gelanceerd worden over de grond, waarbij er binnen een publieksgebied een groot aantal gewonden zal vallen. Immers wordt een betonblok door een obstakel gemakkelijk tegengehouden, de benen van publiek is echter geen obstakel voor deze blokken.

Voertuig kerende maatregelen

Tijdelijke voertuigkerende maatregelen zijn maatregelen die een voertuig, dat bewust een gebied inrijdt, al dan niet direct kunnen stoppen. Hierbij denkt men al gauw aan betonnen “legoblokken” en betonnen of metalen barriers. Deze blokken of barriers zijn echter alleen een kerende maatregel wanneer de beschikbare oppervlakte groot genoeg is; barriers van 6m per stuk namelijk op zichzelf zijn niet afdoende om een voertuig te stoppen, echter wanneer deze gekoppeld worden geplaatst verhoogt dit de kerende werking substantieel. Ook betonblokken, zoals hierboven al benoemd, zijn op zichzelf geen kerende maatregel; pas wanneer deze gestapeld en gekoppeld opgesteld staan is de kerende werking geborgd. Overigens is het ook bij deze gestapelde betonblokken zo dat ze een risico op zich vormen, wanneer ze door een impact richting publiek worden gelanceerd.

Buiten de bekende en meest gebruikte kerende maatregelen, zijn er nog een aantal andere varianten mogelijk. Er bestaan verschillende modulaire metalen frames die bij impact met een voertuig dit voertuig van onderen openrijten. Sommige maken het zelfs mogelijk om publieksbewegingen over deze routes gewoon door te laten gaan. Deze maatregelen geschikt op locaties waar ook een ontvluchtingsroute is gepland voor publiek. Ook zijn er koppelbare barriers, gemaakt van gewapend beton, welke juist door de koppeling hun kerende werking verkrijgen. Deze barriers zijn bijvoorbeeld uit te rusten met een beweegbare poort, waardoor enerzijds toegang verleend kan worden aan hulpdiensten of aanwonenden en anderzijds ontvluchting van publiek mogelijk blijft. Punt van aandacht hierbij is dat de voertuigkerende maatregel sluitend moet worden gemaakt.

Statisch of dynamisch

Wanneer een publieksgebied wordt voorzien van tijdelijke inrijbeperkende maatregelen is het op sommige punten noodzakelijk dat voertuigen die juist wel het afgesloten gebied in moeten kunnen, zoals hulpdiensten en eventueel bewoners van de afgesloten wijk. Het is dus van belang op sommige punten gecontroleerde toegang te kunnen verlenen aan voertuigen, waarbij het inrijdbeperkende effect van de dynamische maatregel in de regel niet minder mag zijn dan die van de genomen statische maatregelen. De meest bekende maatregel is de inzet van een vrachtwagen als kurk; wanneer de toegang niet benodigd is staat de vrachtwagen als statische maatregel, gecombineerd met de overige statische maatregelen. Echter wanneer er toegang moet worden verleend, kan deze vrachtwagen zich verplaatsen om toegang mogelijk te maken. Dit is tegelijkertijd het gevaar van een dynamische maatregel; wanneer de chauffeur niet direct kan handelen kan dit alsnog de effectiviteit van de maatregel belemmeren.

Locatie in relatie tot publieksgebied

Wanneer er tijdelijke inrijbeperkende maatregelen worden genomen, is het van belang de effectiviteit van de maatregelen in perspectief te plaatsen tot het publieksgebied. Het is zaak om deze op afdoende afstand van het beoogde publieksgebied te plaatsen. Ook is het van belang te borgen dat, indien er zwaardere voertuigen zouden kunnen inrijden dan waar de maatregelen op genormeerd zijn, er voldoende extra afstand in relatie tot het beoogde publieksgebied wordt genomen.

Op een weg waar, vanwege de infrastructurele inrichting, maar 30km/h worden gereden zijn er andere maatregelen benodigd dan een weg waarbij het mogelijk is snelheden van 120km/h te bereiken. Een vrachtwagen, die volgens de normering van de maatregelen binnen 50 meter stilstaat wanneer er 50km/h wordt gereden, zal met 90 km/h bijna een verdrievoudiging van de stopafstand gelden. Ook de bepaling van het type voertuig dat de maatregelen moet kunnen stoppen is van belang. Geldt er bijvoorbeeld een hoogtebeperking op de aanrijdroute waardoor er geen grote voertuigen terecht kunnen komen bij de maatregelen, kunnen er wellicht minder ingrijpende maatregelen getroffen worden dan wanneer deze voertuigen dit wel kunnen.

Inrijbeperkende maatregelen in relatie tot de omgeving

Wanneer er een tijdelijke maatregel getroffen wordt is het van belang na te denken over de impact op de bereikbaarheid, zowel van het evenement als de omgeving. Ook is het belangrijk te beseffen dat er voor elke maatregel een bepaalde plaatsingstijd geldt; het afzetten van een weg voor verkeer kan dus heel goed veel eerder plaatsvinden van gepland wanneer achter deze afzetting nog urenlang activiteiten plaatsvinden om de inrijbeperkende maatregelen te plaatsen. Ook wanneer meerdere locaties voorzien moeten worden van maatregelen, terwijl ze vaak maar per locatie geplaatst kunnen worden, zal er gekeken moeten worden naar een goede planning. Hierbij is de balans tussen veiligheid, bereikbaarheid en haalbaarheid (op- en afbouw evenement) van uitermate groot belang maar erg delicaat; een multidisciplinaire inschatting m.b.t. noodzaak en effect is hierbij vaak de enige manier om tot de juiste inzichten te komen voor alle betrokken partijen en zodoende de verschillende planningen naast elkaar te kunnen leggen om te voorkomen dat er onvoorziene effecten zijn.

Risico’s

Het beeld van tijdelijke inrijbeperkende maatregelen valt niet meer weg te denken uit het Nederlandse evenementenlandschap. Er is, ondanks de gestelde normeringen en bewuste beoordeling van tijdelijke maatregelen, altijd een kans dat voertuigen toch niet (afdoende) gestopt worden door de bedachte en getroffen inrijbeperkende maatregelen. De kennis en expertise van de maatregelen zelf begint bij de verschillende belanghebbenden langzaamaan te komen, maar met name bij commerciële leveranciers die op basis van verkoopwaarde proberen een zo goed mogelijke deal te maken is kennis en expertise van de noodzaak en de mogelijke (gebrekkige) effecten van deze maatregelen, vanwege (gelukkig) een gebrek aan praktijkervaringen, nog lang niet altijd afdoende aanwezig om een behoorlijke beoordeling te kunnen doen van de huidige implementatie van deze tijdelijke inrijbeperkende maatregelen.

Heeft u vragen n.a.v. deze blog? Neem contact met ons op door een e-mail te sturen naar info@esi.email.

Meer nieuws ›