Berichten op Rijksoverheid.nl over de aanscherpingen voor evenementen per 10 juli 2021 riepen de vraag op of doorstroomevenementen nog zijn toegestaan. Uit een juridische duiding van de VNG blijkt dat dit nog wel het geval is; de regels voor doorstroomevenementen zijn niet veranderd.
Naar aanleiding van het laatste persmoment van het kabinet op vrijdag 9 juli, waarin aanpassingen in de regels voor evenementen werden toegelicht, ontstond onduidelijkheid over de vraag of doorstroomevenementen nog wel mogen doorgaan met inachtneming van de 1,5 meternorm. Eerder werd al in de tijdelijke regeling maatregelen covid-19 een vaste norm opgenomen van 5 vierkante meter beschikbaar vloeroppervlak per persoon. In de berichtgeving van de Rijksoverheid over de aanpassingen die op 10 juli ingingen wordt niet helder wat deze aanscherping betekent voor de doorstroomevenementen. Alleen voor kermissen wordt op Rijksoverheid.nl klip en klaar aangegeven dat deze nog met de 5m2-norm mogen doorgaan.
ESI heeft dit uitgezocht met hulp van de VNG. In de toelichting op de wijziging van de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 in verband met strengere maatregelen voor horeca, cultuur en evenementen staat het volgende:
Op het uitgangspunt dat evenementen alleen geplaceerd georganiseerd kunnen worden, bestaat slechts een uitzondering als het gaat om een evenement op een doorstroomlocatie. Van doorstroom is sprake als personen kortstondig in dezelfde ruimte aanwezig zijn en er zich daadwerkelijk doorstroom voordoet. Doorstroomlocaties zijn namelijk publieke of openbare plaatsen die op een manier zijn ingericht die tot het rondlopen van publiek uitnodigt en waar dit ook daadwerkelijk gebeurt.
Dit betekent dat bijvoorbeeld een festival of evenement met één of meerdere podia niet onder deze definitie valt en daarom hiervoor de placeringsplicht onverkort geldt. In de praktijk zullen evenementen slechts in een beperkt aantal gevallen onder deze definitie vallen. Hierbij valt onder meer te denken aan kermissen. Waar mensen voor langere tijd in dezelfde ruimte of op dezelfde plek plegen te zijn, geldt dat er geen sprake is van doorstroom. Met deze regeling blijven ongeplaceerde evenementen dus verboden, behalve in die enkele gevallen waarin daadwerkelijk sprake is van doorstroom.
Over de uitleg van evenementen op doorstroomlocaties zijn eerder vragen gesteld in een overleg met de Rijksoverheid. Daar heeft de Rijksoverheid toen al de volgende uitleg over gegeven:
De regeling gaat er vanuit dat er sprake is van een geplaceerd evenement of een evenement waarbij sprake is van doorstroom. Bij geplaceerde evenementen moet de 1,5m aangehouden worden. Voor evenementen op een doorstroomlocatie geldt de norm van één op 5m2. De locatie van het evenement en de manier waarop het evenement is vormgegeven, is dus van belang en dit betekent dat het lokale beoordeling is welke norm geldt. Om eventuele onduidelijkheid weg te nemen of de doorstroomuitzondering op placeren ook voor openbare plaatsen geldt, is op dit punt de ministeriële regeling aangepast. Voor kermissen geldt dat er in de regel een afgebakend terrein is en dat er dus sprake is van een publieke plaats waar sprake is van doorstroom. Of dat bij een straatfeest ook het geval is, is afhankelijk van de locatie van het evenement en de manier waarop het evenement is vormgegeven.
De VNG en ESI concluderen hieruit dat de Rijksoverheid alle typen doorstroomevenementen nog altijd toestaat met inachtneming van de hierbij behorende voorschriften, zoals de norm van één bezoeker per 5 m2 en de inachtneming van het 1,5 meter afstand houden. Het is aan de lokale overheid om in specifieke gevallen af te wegen of een activiteit een doorstroomevenement betreft.
Afbeelding Tilburgse Kermis ter illustratie. Foto door Jostijn Ligvoet